
Op 30 oktober 2012 heb ik Ollie meegenomen uit asiel Amstelveen. Dit keer niet in verband met gedragsprobleem maar omdat er niesziekte in het asiel heerste (is erg besmettelijk voor katten). Ollie, een grote rode oude slechtziende kater, was buiten gevonden en zijn vacht zat onder de klitten. Omdat hij er niet echt gezond uit zag, was de kans groot dat hij ook de niesziekte zou krijgen. Om dit te voorkomen heb ik hem mee naar huis genomen en zou hij bij mij blijven tot er geen besmettingsgevaar meer was in het asiel.
Na 2 dagen ben ik met hem naar de dierenarts geweest voor een algemeen onderzoek. Omdat hij onder een roesje moest, liet zich anders niet behandelen, heb ik meteen zijn vacht kunnen ontklitten. Hij bleek tussen de 14 en 16 jaar te zijn volgens de dierenarts.
Tijdens zijn verblijf bij mij constateerde ik allerlei lichamelijke problemen bij hem (doof, zeer slecht ziend, piepend ademen, staart gedeeltelijk ongevoelig, doorgezakte rug en achterpoten, liep moeilijk, maakte zichzelf niet schoon). Hij heeft een week lang pijnstilling gekregen maar er trad geen verbetering op. Het slechte zien werd waarschijnlijk veroorzaakt door te hoge bloeddruk waar hij dan ook medicatie voor kreeg. Per dag liep hij ongeveer maar 10 minuten rond, at wat en de rest van de tijd lag hij te slapen.
Inmiddels was de niesziekte in het asiel weer onder controle dus kon Ollie in principe weer terug naar het asiel maar omdat hij doof en slechtziend was, zou hij niet bij de andere katten geplaatst kunnen worden. Dit betekende dat hij in een hok apart zou moeten zitten en gezien zijn gebreken en leeftijd was de kans op een nieuwe eigenaar vrijwel nihil. Hij zou dan tot zijn dood alleen in een hok in het asiel zitten. Ik wilde hem dit niet aandoen en besloot hem te houden zodat hij bij mij nog van een mooie oude dag kon “genieten”.
In februari 2013 is hij rustig in zijn slaap overleden †